Hij houdt van ze Hij houdt er gretig van, als een gierigaard; jaloers als een verliefd iemand.
Iedere avond bij zonsondergang, worden de vier met ijzer gepantserde poorten, die de twee uiteinden van de brug en de ingang van het voorplein beheersen, gesloten en gegrendeld. Bij de minste schok zouden er elektrische bellen in de stilte weerklinken. Aan de kant van de Seine was er niets te vrezen; daar gaat de rots steil omhoog.
Dan, op een vrijdag in september meldde de postbode zich zoals gewoonlijk aan het begin van de brug. En het was, volgens de regel van iedere dag, de baron die de zware deur op een kiertje opende.
Hij bekeek de man zo zorgvuldig alsof hij al niet jarenlang dat goede vrolijke gezicht en die spottende boerenogen kende en lachend zei de man:
'Ik ben het nog altijd, meneer de baron. Ik ben niet iemand anders die mijn jas aan en mijn pet op heeft.'
'Dat weet je nooit!' mompelde Cahorn.
De postbode gaf hem een stapel kranten. Toen zei hij nog: 'En nu, meneer de baron, is er wat nieuws.'
'Iets nieuws?'
'Een brief ... en aangetekend nog wel.'
De baron ontving nooit brieven, eenzaam als hij was zonder vrienden of iemand die zich voor hem interesseerde en meteen leek de gebeurtenis hem een slecht voorteken waarover hij zich ongerust zou moeten maken. Wie was die geheimzinnige briefschrijver die hem in zijn eenzaamheid kwam lastig vallen!
'U moet tekenen, meneer de baron.'
Al mopperend tekende hij. Dan nam hij de brief aan, wachtte totdat de postbode om de hoek van de weg verdwenen was en na wat op en neer gelopen te hebben, ging hij tegen de leuning van de brug staan en scheurde de enveloppe open. Er zat een vel ruitjespapier in met het volgende opschrift: Prison de la Santé, Paris. Hij bekeek de handtekening: Arsène Lupin. Tot zijn stomme verbazing las hij:
Meneer de baron,
'In de gang die uw twee salons verbindt, bevindt zich een schilderij van Philippe de Champaigne in prima uitvoering en dat ik erg mooi vind. Van uw schilderijen van Rubens houd ik ook, evenals van uw kleinste Watteau. In de rechter salon weet ik het dressoir in Louis XIII stijl, de wandtapijten van Beauvais, het empire tafeltje dat door Jacob gesigneerd is en de rencissance-kist: In de linker salon bevindt zich de spiegelkast met juwelen en miniaturen.
Deze keer zal ik het bij deze voorwerpen houden, waarvan ik meen dat ze gemakkelijk van de hand te doen zijn. Ik verzoek u dus om ze goed te laten inpakken en ze op mijn naam (porto betaald) naar het station van Batignolles te zenden, binnen acht dagen ... mocht dat niet gebeuren dan zal ik zelf met de verhuizing daarvan beginnen, in de nacht van woensdag 27 op donderdag 28 september. En ik zal het, zoals billijk is, niet bij de bovengenoemde voorwerpen laten.
Ik hoop dat u mij het kleine ongerief dat ik u veroorzaak, niet kwalijk zult nemen en met gevoelens van de meeste hoogachting,
Arsène Lupin
P.S. - Stuur me vooral niet de grootste van de twee Watteaux. Hoewel u er in het veilinggebouw dertigduizend franc voor hebt betaald, is het maar een kopie, daar het origineel onder het Directoire door Barras verbrand is tijdens een drinkgelag.
Ik sta ook niet op de ketting in Louis XV stijl omdat ik aan de echtheid ervan twijfel.
Deze brief maakte baron Cahorn van streek. Was de brief getekend geweest door iemand anders dan had hij er zich al heel erg ongerust over gemaakt, maar getekend door Arsène Lupin!
Hij kende alle daden van de helse inbreker als trouw krantenlezer en op de hoogte als hij was van alles wat er gebeurde in de wereld van de diefstal en de misdaad. Maar hij wist dat Lupin in Amerika door zijn vijand Ganimard gearresteerd, veilig en wel zat opgesloten en dat men zijn proces voorbereidde - met wat voor een moeite! Maar hij wist ook dat je van hem alles kon verwachten. Bovendien was die juiste kennis van het kasteel en van de plaats van de schilderijen en de meubels een erg schrikwekkend teken. Wie had hem ingelicht over dingen die niemand gezien had? De baron keek op, bekeek het woeste beeld van Malaquis, het steile voetstuk, het diepe water dat er omheen stroomt en haalde zijn schouders op. Nee, eigenlijk was er geen gevaar. Niemand ter wereld kon binnendringen in het onaantastbare heiligdom van zijn verzameling.
Niemand, maar Arsène Lupin? Bestaan er voor Arsène Lupin poorten, ophaalbruggen en muren? Waartoe dienen de best uitgedachte hinderpalen en de handigste voorzorgsmaatregelen als Arsène Lupin besloten heeft om zijn doel te bereiken?
Diezelfde avond nog schreef hij naar de procureur van de Republiek in Rouen. Hij sloot de dreigbrief in en vroeg hulp en bescherming.
Het antwoord liet niet lang op zich wachten: daar de bewuste Arsène Lupin op het moment vast zat in de Santé, streng bewaakt werd en geen mogelijkheid had om te schrijven, kon de brief alleen maar het werk zijn van een grappenmaker. Alles wees daarop, de logica, het gezond verstand en de feiten. Toch had men, en uit uiterste voorzichtigheid, een deskundige het handschrift laten onderzoeken, en de expert verklaarde dat dit handschrift ondanks een zekere overeenkomst, niet dat van de gevangene was.
Ondanks een zekere overeenkomst, de baron onthield alleen die drie beangstigende woorden, waarin hij de bevestiging van een vermoeden zag dat alleen al genoeg had moeten zijn om de justitie tussenbeide te laten komen. Zijn angstgevoelens brachten hem buiten zichzelf. Hij hield niet op de brief over te lezen. Ik zal zelf een begin maken met de verhuizing. En die vastgestelde datum: in de nacht van woensdag 27 op donderdag 28 september! ... Achterdochtig en zwijgzaam als hij was, had hij zijn knechts niet in vertrouwen durven nemen omdat hun toewijding hem niet bestand leek tegen iedere beproeving.
1 comment