Frank Mildmay
The Project BookishMall.com EBook of Frank Mildmay, by Frederick Marryat
This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or
re-use it under the terms of the Project BookishMall.com License included
with this eBook or online at www.BookishMall.com.net
Title: Frank Mildmay
De zeeofficier
Author: Frederick Marryat
Illustrator: Edmund Evans
Johan Coenraad Braakensiek
Translator: Willem Degenhardt
Release Date: May 18, 2009 [EBook #28872]
Language: Dutch
Character set encoding: ISO-8859-1
*** START OF THIS PROJECT BookishMall.com EBOOK FRANK MILDMAY ***
Produced by the Online Distributed Proofreading Team at
http://www.pgdp.net/
[Inhoud]

Het examen.
Pag. 171.
Frank Mildmay
De Zeeofficier
Door
Kapitein Marryat
Tweede omgewerkte druk
Door
W. Degenhardt
met 12 oorspronkelijke platen
Geteekend en gegraveerd door Jos.
Scheidel
Amsterdam
Tj. van Holkema
[Inhoud]
Gedrukt bij P. W. M. Trap, Leiden.
[V]
[Inhoud]
Levensschets van Kapitein Marryat.
Kapitein Marryat heeft zich, als zeeofficier en als schrijver,
een uitstekenden naam weten te verwerven. Hij werd den
10en Juli 1792 te Westminster geboren. Van zijn
kinderjaren valt weinig mede te deelen; met sterke hartstochten en
een vroegtijdig ontwikkelden geest was hij een moeielijk te
regeeren knaap. Hij liep weg van elke school, waarop men hem
plaatste, en het Dorado van zijne verbeelding was steeds—de zee!
Eindelijk werd zijn verlangen om in den zeedienst te komen te sterk
om voor eenige overreding te wijken, en deed zijn vader de noodige
stappen daartoe. Op den 3en September 1806 maakte hij
zijne eerste reis naar de Middellandsche zee op Zijner Britsche
Majesteits schip Impérieuse, commandant lord Cochrane.
Deze kruistocht van de Impérieuse heeft in de geschiedenis veel
éclat gemaakt. Gedurende de drie jaren, die Marryat op dat schip
diende, was hij getuige van meer dan vijftig gevechten, waaraan hij
zooveel deelnam als men een knaap van zijne jaren kon toestaan. In
den eersten winter van zijnen diensttijd nam en vernielde lord
Cochrane drie Fransche oorlogsschepen en twaalf koopvaarders: ook
vernielde hij het fort Roquette, bij den ingang van Arcassan.
Op den 21en Februari 1808 nam Marryat deel aan een
gevecht in de baai van Almeria; op den 30en Juli van
datzelfde jaar werd het kasteel van Mongat aan de Impérieuse
overgegeven; op den 13en November liet men een fort bij
Barcelona in de lucht springen en werd een Fransch schip genomen.
Bij al deze ondernemingen was hij tegenwoordig; [VI]ook nam
hij deel aan de verdediging van het kasteel van Rosas.
Bij deze verschillende ontmoetingen kreeg Marryat drie wonden,
waarvan eene in zijne maag; een gedeelte van zijn hemd met de
bajonet mede in het lijf gedrongen, deed dienst voor prop en
stelpte het bloed, zoodat hij in de opgewondenheid van het gevecht
geene pijn gevoelde. Eerst toen hij zich ontkleed had en het
wegnemen van het linnen het bloed weder had doen vloeien, bespeurde
hij gewond te zijn. In lord Cochrane’s rapport dd. 8 December 1808
werd hij loffelijk vermeld en in Mei 1809 ontving hij een
getuigschrift van denzelfden hoofdofficier voor betoonden moed bij
het redden van het leven van den adelborst Cobbett; welk voorval
(evenals de meeste gebeurtenissen uit zijn vroeger leven)
omschreven is in »Frank Mildmay.” Op den 9en Januari
1809 liep de Impérieuse Port Selda binnen, verdreef den vijand uit
zijne stellingen en veroverde vier bronzen kanonnen, die aan boord
werden genomen, met welke daad lord Cochrane’s veelvuldige diensten
in de Middellandsche zee besloten werden. Marryat bleef echter aan
boord van de Impérieuse dienen en ontving in de daaraanvolgende
maand April een getuigschrift van luitenant Urry Johnson voor zijn
moedig gedrag, toen hij onder dien officier op een
ontploffingsvaartuig dienst deed. In October van dat jaar werd hij
met Zr. Ms. Victorious (van 74 stukken) van
Vlissingen naar Engeland opgezonden, daar hij door een hevigen
aanval van Zeeuwsche koorts tijdelijk buiten den actieven dienst
was geraakt. Zeer tijdelijk slechts, daar hij daags na zijne
tehuiskomst geplaatst werd aan boord van Zr.
Ms. Centaur, het vlaggeschip van sir Samuel Hood. Hij
was toen achttien jaren oud. Met sir Samuel Hood keerde Marryat
naar de Middellandsche zee terug en redde in September 1810 het
leven van den matroos Thomas Mowbray, die van de groote ra
overboord viel, toen het schip buiten Toulon kruiste. Na een afzijn
van twaalf maanden voer hij van Cadix naar huis op de Atlas (van 74
stukken), commandant James Sanders en ging van daar naar Barbados
en Bermuda, als passagier aan boord van de Africa (van 64 stukken),
commandant John Bastard.
Op den 1en Maart 1811 sprong Marryat op zeer moedige
wijze van de kampanje van dit schip overboord, terwijl het met een
zevenmijls vaart vóór den wind zeilde, om het leven te redden van
den matroos James Walker; een poging die vruchteloos bleek, daar
hij bijna 2 Eng. mijlen achter de Africa en meer dan dertig minuten
te water was, [VII]vóór er tot zijne redding eene sloep bij
hem kon komen. Voor deze handeling ontving hij een getuigschrift
van moed van kapitein Bastard. Van Bermuda vertrok hij met een
stoomschip, de Chab naar Halifax, bestemd voor de Aeolus, een
fregat onder bevel van kapitein lord James Fownshend. Op den
30en September, terwijl de Aeolus vóór New-York kruiste,
woei er een allerhevigste storm, en toen het schip over zijde was
geworpen en zijne bezaansmast en de stengen had verloren, ging de
jonge Marryat vóóraan het tuig in, ten einde de groote ra los te
kappen (eene onderneming ten hoogste gevaarlijk voor hemzelf), en
redde daardoor het vaartuig van den ondergang.
1 comment