De ene partij steunde openlijk Juarez, de andere verklaarde zich tegen hem, niet uit overtuiging, maar uit afkeer tegen de noordelijke staten. Het was door deze scheuring dan ook niet aangenaam, het land te bereizen. Het hielp weinig dat men trachtte, zijn politieke gezindheid te verbergen. Men werd letterlijk gedwongen, kleur te bekennen.

De in Texas wonende Duitse immigranten waren het met zichzelf oneens. Als Duitser hadden zij voorkeur voor de Oostenrijker Maximiliaan, maar zij beschouwden hem toch niet als de ideale regeerder, daar hij onder Frankrijks vaandel naar Mexico was gekomen. Zij hadden voldoende republikeinse lucht ingeademd om in te zien dat de inval van de Fransen in het land van Montezuma onrechtmatig was en slechts ten doel had, de blik van de Fransen af te wenden van misstanden in het eigen land en te richten op een herleving van de Franse ‘gloire’. De Duitsers hielden zich dan ook ver van alle politieke actie, temeer daar zij in de Secessieoorlog aan de zijde van de noordelijken partij hadden gekozen tegen de slavenbezitters.

Zo stonden de zaken toen wij de vlakke gestrekte landtong in zicht kregen, die de Matagorda-baai van de Golf van Mexico scheidt. Wij voeren door de Paso Caballo naar binnen, maar moesten daarna haastig voor anker gaan, want de baai is zo ondiep dat schepen met enige diepgang gevaar lopen, te stranden. Achter de landtong ankerden kleinere schepen, ervoor, op zee, verscheidene grote schepen, driemasters en een stoomboot. Ik liet me dadelijk naar Matagorda roeien om na te gaan, of ik spoedig passage naar Quintana kon krijgen. Tot mijn spijt bleek er pas twee dagen later een schoener naar die plaats te vertrekken. Ik kon niet weg en dat maakte me nijdig, want Gibson kreeg nu een voorsprong van vier dagen, waarin hij spoorloos kon verdwijnen. Mijn enige troost was, dat ik alles had gedaan wat in de gegeven omstandigheden mogelijk was. Nu mij niets restte dan geduld oefenen, zocht ik een hotel en liet mijn bagage van boord halen.

Matagorda was toen een heel kleine plaats. Het ligt aan de oostzijde van de baai en betekent als haven heel wat minder dan bijvoorbeeld Galveston. Zoals ook elders in Texas wordt de kust gevormd door een ongezonde laagvlakte, die niet moerassig maar toch zeer nat is. Men loopt er licht malaria op en ik vond het dan ook niet aangenaam, daar lang te moeten blijven. Mijn ‘hotel’ was een derderangs gelegenheid, mijn kamer leek op een scheepskajuit en mijn bed was zo kort, dat ik of mijn hoofd of m’n benen er buiten moest laten hangen.

Nadat ik mijn spullen had uitgepakt ging ik de plaats verkennen. Uit mijn kamer komend moest ik om de trap te bereiken langs een deur, die juist openstond. Ik keek naar binnen en zag, dat deze kamer precies was ingericht als de mijne. Er lag een zadel op de grond en daarboven hing aan de wand een paardentuig. In de hoek bij het raam stond een Kentucky-buks. Onwillekeurig dacht ik aan Old Death, maar die dingen konden ook wel aan iemand anders toebehoren.

Ik slenterde de straat uit. Op de hoek botste een man tegen mij op, die van de andere kant kwam en mij niet gezien had.

Good heavens!’ viel hij uit. ‘Kijk toch uit, sir, voor u zo hard om de hoek rent!’

‘Als u mijn slakkengang rennen noemt,’ lachte ik, ‘is een oester een Mississippi-stomer.’ Bij het geluid van mijn stem ging de man een stap achteruit.

‘Zie ik dat goed?’ riep hij uit. ‘Is dat niet de greenhorn die niet wil toegeven dat hij voor detective speelt? Wat heb jij hier in Texas en nog wel in Matagorda te zoeken, meneer?’

‘U niet, mister Death.’

‘Neem ik aan. Je bent blijkbaar een van die mensen, die nooit vinden wat zij zoeken, maar wel opbotsen tegen ieder met wie zij niets te maken hebben. In elk geval heb je honger en dorst. Kom, we gaan ergens voor anker waar bier te krijgen is. Dat Duitse lagerbier lijkt overal in trek te komen.